Tot 1 januari 2024 was het zo, dat na de oplevering van het werk de opdrachtgever moest aantonen, dat een (verborgen) gebrek te wijten was aan de aannemer.

Met de invoering van de Wet kwaliteitsborging voor het Bouwen stelt het nieuwe artikel 7:758 lid 4 BW de aannemer aansprakelijk voor alle gebreken die bij oplevering niet zijn ontdekt, tenzij deze gebreken niet aan hem zijn toe te rekenen. De bewijslast en het bewijsrisico liggen bij de aannemer. Hij moet aantonen dat het gebrek hem niet verwijtbaar is.

Daarom is het belangrijk al tijdens het werk zaken vast te leggen. Vooral bij zaken, die na de oplevering niet meer te zoien zijn, zoals leidingwerk.

Diverse partijen beiden daarom met apps hulp om zo eenvoudig mogelijk tijdens de werkzaamheden zaken vast te leggen.

Ook is van belang de situatie bij oplevering duidelijk in beeld te brengen.